Ontruimingsbescherming kantoorruimte

Geplaatst door: Mathieu Vreeswijk

Ontruimingsbescherming bij huur van kantoorruimte is geregeld in artikel 7:230a BW. De wettelijke regeling geeft dat de huurder van kantoorruimte na opzegging niet direct het pand behoeft te verlaten. Hoe werkt de ontruimingsbescherming in de praktijk? In deze bijdrage legt advocaat huurrecht mr. Mathieu Vreeswijk uit hoe de ontruimingsbescherming werkt.

Huur van kantoorruimte

In het huurrecht wordt in grove lijnen onderscheid gemaakt tussen de volgende type huurovereenkomsten: ‘winkelruimte’, ‘woonruimte’ en ‘kantoorruimte’. Daarnaast bestaat nog de huur van los land, pacht en de huur van roerende zaken. De wettelijke regeling van ontruimingsbescherming geldt alleen voor huur van ‘kantoorruimte’. De wet spreekt van een gebouwde onroerende zaak of een gedeelte daarvan dat geen woonruimte of bedrijfsruimte is. Feitelijk betreft de wettelijke regeling dus niet enkel ‘kantoorruimte’ maar ook andere ruimte in een gebouw zoals bijvoorbeeld een distributiecentrum, magazijn, loods, fabriek of praktijkruimte.

Ontruimingsbescherming kantoorruimte ex 7:230a BW

Indien de huurovereenkomst tijdig en met inachtneming van de juiste formaliteiten door de verhuurder is opgezegd, komt de huurovereenkomst te eindigen. De verhuurder zal in de regel de ontruiming van het gehuurde aanzeggen tegelijkertijd met de opzegging van de huurovereenkomst. De wet geeft dat de huurder van rechtswege (dus zonder daar iets voor te doen) ontruimingsbescherming geniet en pas twee maanden na het eindigen van de huur kan worden gedwongen het gehuurde te ontruimen. Deze termijn kan op verzoek van de huurder worden verlengd.

Verlengen termijn ontruimingsbescherming

Het verzoek om de termijn van de ontruimingsbescherming te verlengen kan door de huurder bij de kantonrechter worden gedaan. Het verzoek dient uiterlijk binnen twee maanden na het eindigen van de huurovereenkomst te worden gedaan. Het enkele indienen van het verzoek (zonder dat de rechter daarover heeft beslist) schorst de mogelijkheid voor de verhuurder om tot ontruiming van het gehuurde over te gaan. De behandeling van het verzoekschrift kan – afhankelijk van de drukte bij de rechtbank – nog weken tot maanden op zich laten wachten. Hierdoor kan de opgezegde huurder eenvoudig tijd winnen voordat hij het gehuurde leeg dient op te leveren.

De verlenging kan door de rechter worden uitgesproken voor een termijn van maximaal een jaar en kan op verzoek van de huurder nog twee keer met maximaal een jaar worden verlengd. Telkens aan het einde van de termijn zal opnieuw een verzoek moeten worden ingediend bij de kantonrechter. De termijn die de rechter zal toewijzen is afhankelijk van een belangenafweging van huurder en verhuurder. Het verlengingsverzoek wordt alleen toegewezen als de belangen van de huurder door de ontruiming ernstiger worden geschaad dan die van de verhuurder bij voortzetting van het gebruik.

Meer informatie?

Is uw huurovereenkomst opgezegd en kunt u om bedrijfstechnische redenen niet direct ontruimen? Heeft u nog andere vragen over ontruimingsbescherming en/of het huren van ‘kantoorruimte’ neem dan contact op met gespecialiseerde advocaat vastgoedrecht mr. Mathieu Vreeswijk van Flinck Advocaten op telefoonnummer 020 – 26 10 234 of per e-mail: [email protected]